1.Bubble: het fenomeen dat zich bellen vormen op het oppervlak van gesinterde onderdelen als gevolg van de gewelddadige ontlading van gas.Ook wel blister genoemd, het is een coatingdefect.Vanwege de slechte doorlaatbaarheid en waterbestendigheid van de coatingfilm van verf op oplosmiddelbasis, tijdens het verouderingsproces buitenshuis, door de invloed van regen of natte omgeving, sijpelt er water onder de coatingfilm en na verdamping, de ondoordringbare en waterverzachte coatingfilm zwelt op en vormt luchtbellen.Het vochtgehalte van het oppervlak is hoog, de omgevingsvochtigheid is hoog, de temperatuur is te hoog, de stopverf is slecht afgedicht en het interval tussen de lagen is niet voldoende.
2.Pinhole: nadat de coatingfilm is gedroogd, vormt het oppervlak van het verffilter een gaatje, dat lijkt op leerporiën.Dit defect wordt pinhole genoemd.Tijdens de spuitconstructie zullen het oplosmiddel en de lucht snel verdampen en uit de natte coatingfilm ontsnappen, waardoor er een klein gaatje ontstaat.Op dit moment heeft de natte film niet voldoende vloeibaarheid, waardoor het kleine gaatje niet kan worden geëgaliseerd, waardoor een naaldvormig gat overblijft.Als er een spoortje water in de verf of het oplosmiddel zit, is de kans groter dat er gaatjes ontstaan.Het verdunningsmiddel moet strikt worden geselecteerd om te voorkomen dat water en andere diversen zich vermengen, en de constructieviscositeit moet tegelijkertijd worden gecontroleerd om het verschijnen van gaatjes te verminderen of te voorkomen.Maar als het het gaatjesprobleem is van verf op waterbasis, dan is het het formuleprobleem.
Er wordt te weinig verdunningsmiddel toegevoegd, de viscositeit van het verffilter is te groot, de coating is te dik, het interval tussen de lagen is niet voldoende, de statische tijd nadat de verf is verdund is niet voldoende en het verdunningsmiddel vervluchtigt te langzaam.
3.Pelleting: de bouwomgeving van het sproeifilterscherm is niet schoon, het werkstuk bevat olie, water en stof, de onzuiverheden die in de coating zijn gemengd, worden niet gefilterd, de schildergereedschappen en containers zijn niet schoon, de verf is niet volledig gemengd, en de filtertijd en rusttijd zijn niet genoeg.
4. Krimpgat: het sproeifilterscherm wordt ook pit genoemd.Het verwijst naar het defect van kleine ronde putjes op de coatingfilm.Nadat de coating is aangebracht, krimpt de natte film tijdens het egalisatieproces, waardoor na het drogen een aantal krimpgaten met verschillende groottes en verdelingen achterblijft.Dit komt door het verschil in oppervlaktespanning tussen de bovenste en onderste delen van de natte film en slechte egalisatie.Het kan worden opgelost door geschikte egalisatiehulpmiddelen of oplosmiddelen met een lage oppervlaktespanning toe te voegen.
De onderste laag is vuil, het werkstuk bevat olie, water en stof etc. De onderste laag is te glad, het slijpen is niet voldoende, de constructietemperatuur is te laag of de luchtvochtigheid is te hoog.
5. Onderbeet: Bij het spuiten van het filterscherm met de tweede verflaag, bijt de nieuw aangebrachte verf de eerder gedroogde film van de ondergrond.Wanneer dit gebeurt, zal de coating uitzetten, verschuiven, krimpen, kreuken, uitpuilen of zelfs hechting verliezen en eraf vallen.De primer en aflak zijn niet op elkaar afgestemd;De oplosmiddeloplosbaarheid van afwerkverf is te sterk;Als de primer niet helemaal droog is, ontstaat er "ondersnijding".
De primer en aflak zijn niet op elkaar afgestemd, het interval tussen de lagen is niet voldoende, de onderste laag is niet droog, het verdunningsmiddel is te sterk en de coating is in één keer te dik.
Posttijd: 11-jan-2023